====== 24 november - Jeremia 12:1-4 ====== //Lezen:// Psalm 73 > “Het recht hebt Gij aan uw zijde, Here, als ik met U zou twisten; toch wil ik over rechtszaken met U spreken: Waarom is de weg der goddelozen voorspoedig, en zijn zonder zorg allen die zich trouweloos gedragen? Gij hebt hen geplant, ook hebben zij wortel geschoten; zij wassen, ook zetten zij vrucht. Nabij zijt Gij in hun mond, maar ver van hun binnenste. Gij, oHere, kent mij toch, Gij ziet mij en toetst mijn gezindheid jegens U. Ruk hen weg als slachtschapen en wijd hen voor de dag der slachting. Hoelang moet het land kwijnen en het gewas van het gehele veld verdorren? Om de boosheid van hen die er wonen, is vee en gevogelte verdwenen, want zij zeggen: Hij zal ons einde niet zien.” De profeet Jeremia worstelt met een groot probleem. Dat is het probleem van de schijnbare krachteloosheid van het woord, dat hij verkondigt. In volkomen trouw aan zijn Zender heeft Jeremia geprofeteerd, met name van de komende oordelen des Heeren over alle goddelozen. Die oordelen zouden komen, want de Heere Zelf had dat gezegd. Maar zie, terwijl de profeet doorgaat met die verkondiging en dat met gevaar van levensverlies, gebeurt er niets. Het leven van elke dag gaat zijn gewone gang. Het schijnt wel alsof Jeremia’s woord alle uitwerking mist, alsof het een holle klank is. Hij kan profeteren wat hij wil, hij kan spreken van Gods strenge oordelen, maar er gebeurt niets. Integendeel, het gaat Juda goed. Uitgerekend de trouwelozen groeien als het gras, terwijl het de goeden, onder wie Jeremia, slecht vergaat. En dat is nu Jeremia’s probleem. Het probleem van Job en van Asaf, de dichter van Psalm 73. Waarom slaat de Heere nu niet eens toe met Zijn oordelen? Daarvoor is het toch de hoogste tijd? En zeker, Jeremia weet wel, dat de Heere rechtvaardig is, maar hij wil toch eens weten, hoe dit allemaal kan gebeuren. Het lijkt wel alsof God hem niet meer kent, alsof God hem tevergeefs laat profeteren. Eigenlijk voelt Jeremia zich door zijn Zender in de steek gelaten. Dat is de crisis, waarin de profeet hier verkeert, met als gevolg dat de voortgang van het woord der profetie in gevaar dreigt te komen. De last op zijn schouders wordt hem te zwaar. Jeremia wil de Waarheid van Gods Woord zien en ervaren! Ja, maar hij moet die waarheid //geloven//. In dat geloof wordt de profeet hier beproefd! Die beproeving is er ook vandaag voor de Kerk. Zelfs nog meer dan toen, omdat door Christus de schaduwen plaats hebben gemaakt voor de werkelijkheid. Van de waarheid van Gods Woord, zowel naar de kant van de zegen als naar de kant van de vloek zie je nooit iets. Die moet je //geloven//. Want zo te zien gaat alles gewoon door, maar de werkelijkheid is geheel anders. Laat u niet bedriegen door wat voor ogen is, maar //geloof// dat waar is wat Gods Woord zegt. //Zingen:// _Psalm 73:7-9