Ds. J. Hoorn

verzamelde werken


preken:catechismus:zondag-50:1975

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisieVorige revisie
Volgende revisie
Vorige revisie
preken:catechismus:zondag-50:1975 [28-06-2024 om 13.53 uur] ds. J.H. Zwartpreken:catechismus:zondag-50:1975 [09-09-2024 om 20.52 uur] (huidige) – Externe bewerking 127.0.0.1
Regel 1: Regel 1:
 ====== Preek over Zondag 50 (1975) ====== ====== Preek over Zondag 50 (1975) ======
-{{tag>"Prekenbundel 'Horen naar het Woord(2014)"}}+{{tag>"Catechismusprekenbundel ‘Horen naar het Woord’ (2014)"}}
 <- preken:catechismus:zondag-49:1975 ^ preken:catechismus ^ preken:catechismus:zondag-51:1975 -> <- preken:catechismus:zondag-49:1975 ^ preken:catechismus ^ preken:catechismus:zondag-51:1975 ->
 |Gehouden te:|Grootegast (31 augustus 1975)| |Gehouden te:|Grootegast (31 augustus 1975)|
Regel 11: Regel 11:
 | |_Gezang 5:5| | |_Gezang 5:5|
  
-//Broeders en zusters, geliefden in onze Heer Jezus Christus,//\\+//Broeders en zusters, geliefden in onze Heer Jezus Christus,// 
 De Heiland wil ons vanmiddag opnieuw leren bidden het gebed om ons dagelijks brood. En dit gebed heeft alles te maken met wat wij deze morgen mochten ontvangen in de viering van het Heilig Avondmaal. En nu bedoel ik dat niet zo, dat de Heiland ons in dit gebed zou leren bidden niet maar om gewoon natuurlijk brood, maar dat het hier zou gaan om geestelijk, hemels brood, waarvan ons in het Avondmaal het teken en zegel is gegeven. Nee, zoo is het niet. Dat heeft men er wel vaak van gemaakt. Men zei dan: het is onmogelijk, dat de Heiland in het volmaakte gebed ook een plaats zou hebben ingeruimd voor de vraag naar gewoon aards brood. Dan zou deze bede immers helemaal uit de toon vallen. Het gaat immers in heel het gebed dat de Heiland ons leert om zaken, die van veel hogere om niet te zeggen van hemelse orde zijn. Uw Naam worde geheiligd, Uw Koninkrijk kome, Uw wil geschiede. Wat gaat het in die beden om geweldige zaken; zaken van hemelse orde. En dat geldt ook voor de laatste twee beden: ‘Vergeef ons onze schulden en leid ons niet in verzoeking.’ Ook hier betreft het, het gebed om geestelijke dingen. En hoe zou de Heiland daar midden tussenin nu ooit kunnen plaatsen het gebed om het dagelijks brood. Daardoor wordt toch de verheven schoonheid en harmonie van dit volmaakte gebed geheel en al verstoord! Wie gaat nu in een gebed, waar zulke geweldige zaken aan de orde komen, zaken waardoor de hemel en de aarde en ook de hel in beroering worden gebracht, wie gaat er dan spreken over alledaagse dingen als voedsel en kleding. En toen men eenmaal zo ver was, dat men een tegenstelling maakte tussen het hemelse en het aardse, tussen natuur en genade, ja toen moest men wel een andere verklaring zoeken voor deze vierde bede, die er dan toch maar tussen was geplaatst door de Heiland Zelf. Toen ging men de zaak 'vergeestelijken' en zei men: met brood wordt hier niet gewoon aards brood bedoeld, maar het gaat hier om hemels brood, om voedsel voor ons geloofsleven. En dat hemelse brood is dan de Christus zelf. Klopt dat ook niet prachtig met wat de Heiland Zelf heeft gezegd tot de Joden: “Ik ben het levende brood, dat uit de hemel is neergedaald.” Dan gaat het ook in deze bede dus maar niet om gewone, aardse dingen, maar dan gaat het ook hier om geestelijke dingen, om zaken van hemelse orde. Dan is zo ook de verbinding te leggen tussen deze bede en het Heilig Avondmaal. Daar immers wordt ons de verhoring op dit gebed bevestigd, wanneer wij gewoon brood ontvangen, dat teken en zegel is van het hemelse brood, dat is van de Christus.\\ De Heiland wil ons vanmiddag opnieuw leren bidden het gebed om ons dagelijks brood. En dit gebed heeft alles te maken met wat wij deze morgen mochten ontvangen in de viering van het Heilig Avondmaal. En nu bedoel ik dat niet zo, dat de Heiland ons in dit gebed zou leren bidden niet maar om gewoon natuurlijk brood, maar dat het hier zou gaan om geestelijk, hemels brood, waarvan ons in het Avondmaal het teken en zegel is gegeven. Nee, zoo is het niet. Dat heeft men er wel vaak van gemaakt. Men zei dan: het is onmogelijk, dat de Heiland in het volmaakte gebed ook een plaats zou hebben ingeruimd voor de vraag naar gewoon aards brood. Dan zou deze bede immers helemaal uit de toon vallen. Het gaat immers in heel het gebed dat de Heiland ons leert om zaken, die van veel hogere om niet te zeggen van hemelse orde zijn. Uw Naam worde geheiligd, Uw Koninkrijk kome, Uw wil geschiede. Wat gaat het in die beden om geweldige zaken; zaken van hemelse orde. En dat geldt ook voor de laatste twee beden: ‘Vergeef ons onze schulden en leid ons niet in verzoeking.’ Ook hier betreft het, het gebed om geestelijke dingen. En hoe zou de Heiland daar midden tussenin nu ooit kunnen plaatsen het gebed om het dagelijks brood. Daardoor wordt toch de verheven schoonheid en harmonie van dit volmaakte gebed geheel en al verstoord! Wie gaat nu in een gebed, waar zulke geweldige zaken aan de orde komen, zaken waardoor de hemel en de aarde en ook de hel in beroering worden gebracht, wie gaat er dan spreken over alledaagse dingen als voedsel en kleding. En toen men eenmaal zo ver was, dat men een tegenstelling maakte tussen het hemelse en het aardse, tussen natuur en genade, ja toen moest men wel een andere verklaring zoeken voor deze vierde bede, die er dan toch maar tussen was geplaatst door de Heiland Zelf. Toen ging men de zaak 'vergeestelijken' en zei men: met brood wordt hier niet gewoon aards brood bedoeld, maar het gaat hier om hemels brood, om voedsel voor ons geloofsleven. En dat hemelse brood is dan de Christus zelf. Klopt dat ook niet prachtig met wat de Heiland Zelf heeft gezegd tot de Joden: “Ik ben het levende brood, dat uit de hemel is neergedaald.” Dan gaat het ook in deze bede dus maar niet om gewone, aardse dingen, maar dan gaat het ook hier om geestelijke dingen, om zaken van hemelse orde. Dan is zo ook de verbinding te leggen tussen deze bede en het Heilig Avondmaal. Daar immers wordt ons de verhoring op dit gebed bevestigd, wanneer wij gewoon brood ontvangen, dat teken en zegel is van het hemelse brood, dat is van de Christus.\\
 Maar, geliefden, u begrijpt, dat wie deze vierde bede zo uitlegt wel lijnrecht ingaat tegen het onderwijs van de Heiland hier. Want de Heiland spreekt hier zo duidelijk, dat elk misverstand is uitgesloten. Het gaat in de vierde bede heel gewoon om ons eten van elke dag, om gewoon natuurlijk brood. Zij, die hier willen 'vergeestelijken' schijnen wel heel vroom te zijn. Maar het is niet meer dan schijn. In werkelijkheid laten zij zich beheersen door die vervloekte dwaalleer, die steeds maar weer een tegenstelling maakt tussen natuur en genade. Het is de dwaalleer, die suggereert, dat het aardse van lagere orde is dan het hemelse. En dat is een levensgevaarlijke dwaalleer voor de Kerk. Want dan wordt het gewone leven veracht en losgemaakt van het geestelijke, zoals dat voorkomt in de roomse kerk, die onderscheid maakt tussen geestelijken en leken. Ook de mystiek kent dit ideaal: je moet boven het aardse uit opstijgen tot het hemelse. Maar de Bijbel weet van dat alles niets. Christus Jezus is juist daartoe uit de hemel op aarde gekomen, opdat Hij de grondslag zou leggen voor het leven op aarde; voor ons alledaagse leven, op het land, in de fabriek, op het kantoor of waar wij ons dagelijks werk maar hebben. Vandaar dat ook de bede om ons dagelijks brood een plaats heeft in het volmaakte gebed.\\ Maar, geliefden, u begrijpt, dat wie deze vierde bede zo uitlegt wel lijnrecht ingaat tegen het onderwijs van de Heiland hier. Want de Heiland spreekt hier zo duidelijk, dat elk misverstand is uitgesloten. Het gaat in de vierde bede heel gewoon om ons eten van elke dag, om gewoon natuurlijk brood. Zij, die hier willen 'vergeestelijken' schijnen wel heel vroom te zijn. Maar het is niet meer dan schijn. In werkelijkheid laten zij zich beheersen door die vervloekte dwaalleer, die steeds maar weer een tegenstelling maakt tussen natuur en genade. Het is de dwaalleer, die suggereert, dat het aardse van lagere orde is dan het hemelse. En dat is een levensgevaarlijke dwaalleer voor de Kerk. Want dan wordt het gewone leven veracht en losgemaakt van het geestelijke, zoals dat voorkomt in de roomse kerk, die onderscheid maakt tussen geestelijken en leken. Ook de mystiek kent dit ideaal: je moet boven het aardse uit opstijgen tot het hemelse. Maar de Bijbel weet van dat alles niets. Christus Jezus is juist daartoe uit de hemel op aarde gekomen, opdat Hij de grondslag zou leggen voor het leven op aarde; voor ons alledaagse leven, op het land, in de fabriek, op het kantoor of waar wij ons dagelijks werk maar hebben. Vandaar dat ook de bede om ons dagelijks brood een plaats heeft in het volmaakte gebed.\\


Paginahulpmiddelen